Het voorspel:
Na de ijskoude maartmaand (0.2 graden) volgde er een koele zomer met als warmste maand de maand juni met een gemiddelde temperatuur van slechts 16.2 graden. De warmste dag van de zomer was 19 juni met een maximumtemperatuur van 25 graden. De zomer telde slechts 1 zomerse dag, iets wat tegenwoordig bijna onvoorstelbaar is. De zomer werd gekenmerkt door een noordwestelijke stroming.
September en oktober waren beiden koele maanden (respectievelijk 12.7 en 8.1 graden). De laatste decade van oktober was de wind naar het oosten gedraaid en het was rustig en droog weer met enkele heldere dagen. De temperatuur zakte langzaam van 11 graden op 23 oktober tot 4 graden op 31 oktober. In de nacht en ochtend kwam het nog niet tot vorst.
In november zette het rustige weer zich voort, de wind kwam voornamelijk uit het oosten. In de avond van 1 november viel er wat sneeuw en in de ochtend van 2 november werd de eerste vorst genoteerd. De eerste 5 dagen schommelde de temperatuur tussen de -1 en 4 graden. 6 November werd er met een noordoostelijk stroming heldere en koudere lucht aangevoerd. Het kwik kwam op 7 november niet hoger dan 0.6 graden en in de nacht en ochtend vroor het licht. 8,9 en 10 November was het nog koud met een temperatuur die schommelde tussen -2 en +3 graden. 11 November werd er met een noordwestelijke stroming was minder koude lucht aangevoerd. Het was bewolkt en het bleef droog. Op 12 november begon de koudste periode van de maand, de wind draaide van het noordwesten naar het noordoosten en in de avond van 12 november vroor het al 2 graden. 13 November kwam het kwik heel even boven het vriespunt maar dit gebeurde tot 18 november niet meer. Een opeenvolging van 3 ijsdagen halfverwegen november is zeer bijzonder, alleen november 1858 kende ook 3 ijsdagen. De laagste temperatuur werd gemeten tijdens de ochtend van 15 november, het kwik zakte tot bijna 7 graden onder nul (-6.7).
17 November ijzelde het en later viel er wat sneeuw. Vanaf 19 november werd het wat minder koud maar van een directe overgang naar een zachte westcirkulatie was geen sprake. De stroming bleef aflandig en het kwik schommelde dagen lang rond 1 graad bij een overwegend bewolkt weerbeeld. Vanaf 26 november werd er met een zuidoostelijke stroming wat zachtere lucht aangevoerd, de nachtvorst verdween en er viel af en toe wat regen. De hoogste temperatuur werd gemeten op 28 november en bedroeg 8.6 graden. Het vroor op 13 dagen en er konden 4 ijsdagen worden genoteerd.
De winter die op deze koude novembermaand volgde was een vrij normale kwakkelwinter zonder echt koude perioden: